SPANJE

RONDREIS ANDALUSIE

21 mei 2016


Andalusië, de warmte, de zon en tapas! Maar Andalusië is zoveel meer! Ik ben er al geweest maar Koen nog niet. We kiezen voor een reis bij Imagine Travel maar passen het programma aan naar onze voorkeur en we huren een auto. Het is er ideaal om zelf met de wagen te rijden. We komen via Rentalcars terecht bij Interrent.
Het mooie Andalusië is het land van de olijven, sinaasappels, sherry, zonnebloemen, flamenco, mooie bergketens, leuke witte bergdorpjes met mooie pleintjes en smalle, met bloemde versierde steegjes. Maar ook de prachtige cultuur die overgebleven is uit het moorse verleden is een reden om Andalusië te bezoeken.
Er zitten drie fantastische hoogtepunten in deze reis: het Alhambra in Granada, de Mezquita in Cordoba en de Alcazar Reales in Sevilla.
Na een mooie rondreis eindigen we aan het strand in Estepona.

Zaterdag 21 mei

Opstaan 01:50.. Veel slapen is er niet aan te pas gekomen. De chauffeur van Begonia Reizen komt ons ophalen om 02:10. Onze vlucht met Brussels Airlines vertrekt om 06:20. Toch wel ruimschoots op tijd.

Het is vandaag onze eerste reis na de aanslagen van 22 maart. Toch wel een apart gevoel. De beveiliging is enorm. Politie en leger zijn talrijk aanwezig. We kunnen echter overal zonder problemen passeren.

We hebben voor de eerste keer zelf thuis ingecheckt. Is eigenlijk wel heel handig, je kan zelf de plaatsen uitkiezen. Op Zaventem moet dan enkel de bagage nog ingecheckt worden. Dit verloopt ook heel vlot.

Perfect op tijd komen we aan in Malaga. Het ophalen van de huurauto verloopt niet zo vlot. We zijn duidelijk ook niet de enigen die een auto huren. Na een uurtje aanschuiven is het eindelijk “aan ons. We dachten dat alles geregeld was via internet. De wagen met extra verzekering was betaald. We moesten nog enkel de 2de chauffeur betalen. Maar ze proberen u nog extra verzekeringen aan te smeren, de 2de chauffeur is duurder dan het contract met Rentalcars. Hun uitleg is: het contract is afgesloten met Rentalcars en niet met Interrent. Kom zeg! Ik ben er totaal door overrompeld. Dus nooit meer bij Rentalcars en Interrent. De volgende keer boeken we rechtstreeks bij een verhuurmaatschappij zonder tussenkomst Rentalcars. Door al dat gedoe ben ik te zenuwachtig om te rijden en het is Koen die onze wagen de spaanse wegen opstuurt.

We hebben een GPS bij. Thuis volledig opgeladen en klaar voor gebruik. Dachten we! We halen hem uit de valies en hij geeft geen kik. Een nachtje in de valies had hem geen goed gedaan. Gelukkig waren we goed voorzien van wegbeschrijvingen en kaarten. Onze eerste stop is in Nerja. Wat me hier direct opvalt zijn de jacarandabomen. Dit is een verrassing. Ik heb deze bomen voor het eerst gezien in Zuid-Afrika en wist niet dat deze ook hier groeien. Prachtige bomen.

Nerja is een mooie badplaats aan de Costa del Sol. Het is vooral bekend om zijn ‘Balcon de Europa’. Dit plein biedt een prachtig uitzicht op de zee en de klippen. Op een terrasje genieten we van de start van onze vakantie. Een biertje, onze eerste tapa, een stralende zon. Wat moet ne mens meer hebben 🙂

We slenteren eventjes door de mooie straatjes, eten een kleinigheidje en we zijn klaar voor het vervolg: de rit naar Granada. Het is een droom om in Spanje te rijden. Mooie wegen en weinig verkeer. Onderweg hebben we zicht op de besneeuwde bergtoppen van de Sierra Nevada. Prachtig!

Normaal moeten we volgens de wegbeschrijving ons hotel Macia Real de la Alhambra, vlot kunnen vinden. De ligging van het hotel kon eigenlijk niet beter zijn. Vanaf het eerste rond punt na de autostrade, 2de afslag en dan nog 100 meter. Super! Maar ja, ons zou ons niet zijn als we daar geen problemen mee hadden. We hebben wel 5 keer over het rond punt gereden, alle afslagen geprobeerd, dan uiteindelijk de weg gevraagd eer we het hotel zagen! De inrit van het hotel was gewoon aan het rond punt zelf.

Het is reeds in de late namiddag maar we staan te popelen om Granada in te trekken. Na een kleine verfrissing zijn we er helemaal klaar voor. Het hotel ligt op 2 km van het centrum. Is wel goed te doen te voet maar om het maximum uit ons bezoek aan Granada te halen, nemen we toch de bus. Deze stopt vlakbij ons hotel en op enkele minuten staan we in het centrum. We komen terecht in een brede straat die ons een beetje laat denken aan de Ramblas in Barcelona. Terwijl we op onze kaart kijken waar we zijn, vraagt een vriendelijke oude man of hij ons kan helpen. Hij wijst ons de weg naar de Calle Reyes Catolicos. Zo komen we terecht bij de kathedraal. De kathedraal is enorm groot, wat niet direct opvalt omdat ze niet vrij staat. Een bezoek aan deze kathedraal met zijn koninlijke kapel zal voor een volgende reis zijn. In de straatjes en pleintjes rond de kathedraal is het gezellig vertoeven. Op één van deze pleintjes doen we ons te goed aan enkele tapas.

Zondag 22 mei

Vandaag gaan we het Alhambra, de trekpleister van Granada, bezoeken. Hier zie ik enorm naar uit. Ik heb dit 15 jaar geleden al bezocht en vond het schitterend. De tickets om het Alhambra te bezoeken moet je ruimschoots op voorhand bestellen. Je moet doorgeven op welk moment je het Nasridenpaleis wil bezoeken . We hebben dit op 31 maart gedaan en toen al was de voormiddag volzet. Op de dag zelf geraak je niet meer binnen. De bestelde tickets moesten we nog wel afhalen in Granada.

We hebben nog tijd, het bezoek aan het Alhambra staat gepland om 14:30 u. Eerst de tickets afhalen en daarna verkennen we het centrum van Granada.

Naast dé trekpleister van Granada, het Alhambra, heeft de stad nog veel te bieden. De Gran Via de Colon is de drukke hoofdstraat die de grens vormt tussen aan de ene kant de oudste wijken van Granada, het Albaicin en de Sacromonte, en de latere wijken aan de andere kant.

Op onze wandeltocht komen we oa bij het Monasterio de San Jeronimo en de Iglesia de San Juan de Dios. Eigenlijk komen we in elke straat wel een kerk tegen. Via de Triomftuinen, met een schitterende fontein, komen we terug in de Gran Via de Colon. De tijd vliegt. Op de Plaza Bib-Rambla nemen we eventjes rust. Bij het nemen van een glas wijn of een biertje krijg je een kleine tapa. Zelfs bij een tweede drankje krijgen we een tapa. Na een uitgebreid ontbijt hadden we nog niet veel honger en zo enkele kleine tapas vulde wel goed.

Dan is het tijd om naar het Alhambra te vertrekken. Via de de Cuesta de Gomerez gaan we naar de ingang. Het is een steile klim naar boven. We zijn iets te vroeg maar tijdens het wachten hebben we een mooi uitzicht op de Mirador San Mirador. Daar gaan we straks naar toe. Stipt om 14:30 worden we binnen gelaten in het Nasridenpaleis. Per half uur mag een beperkt aantal bezoekers naar binnen. Je moet je strikt houden aan de tijd op je kaartje, anders kun je niet naar binnen. Onze rugzak moeten we uit veiligheid vooraan dragen en niet op de rug.

Het Nasridenpaleis is een complex van verschillende delen dat grotendeels werd gebouwd in opdracht van Nasridenvorsten in de 14e eeuw. Het paleis is echt onvoorstelbaar mooi, een coulisse uit Duizend-en-een-nacht. Je komt het paleis binnen bij de Mexuar, een audiëntiezaal van de sultan uit 1365. Er zijn mooie azulejos en pilaren met heel mooi stucwerk met geometrische motieven. Vanuit de Mexuar kom je in de Patio del Mexuar, waar vooral de gevel aan de overzijde opvalt: de facade van het Palacio de Comares, prachtig versierd met Arabische motieven. Aan de patio ligt de Cuarto Dorado of gouden kamer met mooi stucwerk in mudejarstijl in de gevel.

De Patio de los Arrayanes (Mirtehof) is het volgende onderdeel van de rondwandeling. Het is de grootste binnenplaats van het Nasridenpaleis. De patio is genoemd naar de mirtestruiken die zich weerspiegelen in het rechthoekige waterbekken in het midden. Langs het binnenhof liggen een aantal prachtige zalen. Je kijkt je ogen uit aan de decoraties rond ramen, deuren, aan muren en arcaden.

Lopend door de Patio de los Arrayanes kom je in het beroemdste deel van het Nasridenpaleis en van het Alhambra: de Patio de los Leones ofwel de Leeuwenhof. De patio dankt zijn naam aan de fontein in het midden met twaalf marmeren leeuwen die via geulen zorgt voor vers water in de omliggende vertrekken van het Palacio de los Leones. De patio is geweldig mooi, zeker als het zonlicht op de schitterende versieringen schijnt zoals nu.

Rond de Patio de los Leones liggen verschillende vertrekken: Sala de los Abencerrajes, Sala de Los Reyes, Sala de las dos Hermanas en Sala de los Ajimeces. Via deze laatste zaal kom je terecht op het balkon Mirador De Lindaraja met een mooi uitzicht op de Jardin de Lindaraja.

De weelderige plantengroei in de Jardin de Lindaraja is een koele oase waar we de warmte van de dag even ontvluchten. Het is er zalig zitten. Vanaf de galerie met een prachtig uitzicht op het Albaicin, kom je in de tuinen van het paleis. Het bezoek aan het Alhambra wordt afgesloten met een wandeling langs het Palacio del Partal en de ringmuur. Het paleis weerspiegelt in de grote vijver, die omringd wordt door weelderige en exotische plantengroei. Via deze tuinen komen we vervolgens terecht in de Generalife.

De Generalife is gebouwd op de heuvel de Cerro del Sol, buiten het eigenlijke Alhambra en net iets hoger. De naam is te vertalen als tuin der tuinen. Deze zomerresidentie van de vorst werd gebouwd in 1319. Het paleis is eerder bescheiden maar het zijn vooral de schitterende terrastuinen , waarin stromend water een bijzondere rol speelt, die de aandacht trekken.

Via de mooie Paseos de las Adelfas (Oleanderlaan) verlaten we deze verfrissende oase en keren terug naar het Alhambra.

We hebben zeker niet alles gezien van het Alhambra. Het Palacio de Carlos V en het Alcazaba zal voor een volgende keer zijn, want een volgende keer komt er ongetwijfeld.

We nemen de bus naar het centrum en wandelen dan naar het Plaza Nueva voor een kleine verfrissing. Van hieruit trekken we naar het Albaicin. Deze wijk in Granada is een wirwar van smalle steile straatjes. We gaan er naar de Mirador San Nicolas. Dit uitkijkpunt is één van de meest bezochte plekken in het Albaicin. Het pleintje van de kerk de San Nicolas biedt een schitterend uitzicht : het rode en okerkleurige Alhambra tekent zich af tegen de groene heuvel met op de achtergrond de besneeuwde toppen van de Sierra Nevada.

We zijn er laat in de namiddag maar Koen wil toch nog eventjes wachten om een mooie foto te nemen. De mooiste foto’s worden ’s avonds of ’s morgens genomen. We genieten van het uitzicht en maken een ommetje door enkele straatjes. Onze voeten beginnen echter te protesteren en we keren terug naar het pleintje van de Mirador. Op het muurtje gezeten wachten we tot de zon verder onderzakt. Met een dergelijk uitzicht verveelt het wachten niet. Maar na 20u begint onze maag toch te knorren. We keren terug naar het centrum. Met die wirwar van kleine straatjes lopen we verkeerd en missen we enkele mooie straatjes met arabische invloeden. Het was een prachtige dag. We hebben veel moois gezien maar er valt hier nog veel te ontdekken.

Het is heel aangenaam om hier met de wagen te rijden. Weinig verkeer = geen stress. Onze gps doet het uitstekend. In het centrum van Cordoba is het toch eventjes zoeken naar ons hotel. Ik denk dat alle straten van richting veranderd zijn. Maar uiteindelijk komen we vrij vlot in ons hotel Macia Alfaros aan. De valiezen op de kamer gedropt en we zijn klaar om Cordoba te veroveren. Ik ben benieuwd want ik ben hier ook nog niet geweest.

Van ons hotel naar het centrum is het niet zo ver stappen. Cordoba is veel kleiner en rustiger dan Granada. Er hier iets gaande want veel vrouwen zijn gekleed in flamenco jurken. Blijkbaar een of ander festival aan de andere kant van de brug. Maar eigenlijk kom je vooral naar Cordoba om het Mezquita te bezoeken. Mezquita is Spaans voor moskee. Dit gebedshuis is in heel Spanje en buiten de grenzen bekend als een van de oudste Moorse monumenten in Europa.


Maandag 23 mei

Vandaag laten we Granada achter ons en rijden we verder het binnenland in, richting Cordoba. De weg loopt door de provincies Jaen en Cordoba. Het is een prachtige route met veel olijfbomen. Ongeveer halfweg ons traject gaan we Zuheros bezoeken.

Het is een klein slaperig dorpje met witte huisjes, steegjes en pleintjes, maar het is schitterend gelegen op een berg tussen de olijfbomen. Bij een plaatselijke olijfboer kopen we olijfolie.

Het is heel aangenaam om hier met de wagen te rijden. Weinig verkeer = geen stress. Onze gps doet het uitstekend. In het centrum van Cordoba is het toch eventjes zoeken naar ons hotel. Ik denk dat alle straten van richting veranderd zijn. Maar uiteindelijk komen we vrij vlot in ons hotel Macia Alfaros aan. De valiezen op de kamer gedropt en we zijn klaar om Cordoba te veroveren. Ik ben benieuwd want ik ben hier ook nog niet geweest.

Van ons hotel naar het centrum is het niet zo ver stappen. Cordoba is veel kleiner en rustiger dan Granada. Er hier iets gaande want veel vrouwen zijn gekleed in flamenco jurken. Blijkbaar een of ander festival aan de andere kant van de brug. Maar eigenlijk kom je vooral naar Cordoba om het Mezquita te bezoeken. Mezquita is Spaans voor moskee. Dit gebedshuis is in heel Spanje en buiten de grenzen bekend als een van de oudste Moorse monumenten in Europa.

De Mezquita domineert het centrum van Cordoba. Het is een vrijstaand gebouw dat door zijn vestingachtige karakter niets verraadt van hetgeen je binnen staat te wachten. Voor je de moskee zelf betreedt, kom je in de Patio de los Naranjos. Deze dankt zijn naam aan de sinaasappelbomen die hier door de christenen werden geplant. Aan de ingang krijgen we een plattegrond van de moskee.

Je komt binnen in het oudste deel van het gebouw. Een schemerbos van marmeren zuilen is de eerste impressie die je krijgt. Rond 800 zuilen telt de moskee. Oorspronkelijk waren er meer dan 1000 zuilen maar een deel ervan is gesneuveld toen in de 16de eeuw in het midden van de moskee een kathedraal werd gebouwd, meer dan 2 keer zo hoog als de moskee. De zuilen zijn door mooie roodwitte hoefijzerbogen met elkaar verbonden. Het oudste deel is tevens het donkerste en meest mysterieus aandoende deel van de moskee. Lopend door de zuilen zie we enkele prachtige kapellen met koepelgewelven. Ook zien we een prachtige Mihrab (gebedsnis) .Dan komen we bij de kathedraal. Deze is toch wel heel mooi, zowel het hoofdaltaar, als de barokke houten koorbanken als het bijzondere plafond, alles is schitterend.

Naast de Mezquita ligt de Juderia, de middeleeuwse joodse wijk van de stad, een attractie op zich. Dit voetgangersgebied is een heerlijke buurt om rond te slenteren door een doolhof van steegjes  met witgekalkte huizen, aantrekkelijke patio’s en restaurants en uitnodigende terrasjes. De calleja de las flores is een van de meest gefotografeerde straatjes van Cordoba.

Terug in het hotel voor een verfrisssende douche zoeken we via tripadvisor een goed restaurantje. We kiezen voor Taberna Doble de Cepa. Ik ben benieuwd.

 

Vooraleer we gaan eten, willen we eerst nog een foto nemen van de Mezquita vanop de Puente Romano. Via de Puerta del Puente komen we op de brug. De van oorsprong Romeinse brug verbindt sinds eeuwen de beide oevers van de Guadalquivir. Vandaag was het een zeer warme dag met temperaturen tot 33 graden. Deze avond is er veel bewolking komen aandrijven zodat het al iets te donker is voor het nemen van een foto. We komen morgen voormiddag nog eens terug.

Nu gaan we op zoek naar het restaurantje. Het is een klein restaurantje waar in het weekend live optredens waarop gegeven. Nu zijn we er alleen. De bediening is super vriendelijk en eten zeer lekker en goedkoop. Een aanrader.

Dinsdag 24 mei

We hebben nog een beetje tijd voor we naar Sevilla vertrekken en wandelen nog even door het centrum. Eigenlijk hebben we ook hier te weinig tijd gehad om alles te bezichtigen.

Het Alcazar en de wijk Barrio San Basilio, bekend voor zijn vele patio’s hebben we niet gedaan.

Rond 11 uur vertrekken we richting Sevilla. Onze halte nemen we in Ecija. Dit stadje heeft de bijnaam ‘de braadpan van Spanje’. Door de ligging in een kom tussen de heuvels is het één van de warmste plaatsen van Spanje.

De place to be is de rechthoekige Plaza de Espana. Dit grote centrale plein wordt ook wel El Salon genoemd en vormt de kern van het sociale leven van de inwoners van Ecija. Op en rond dit plein vind je enkele mooie gebouwen. Vooral de klokkentoren van de Iglesia de San Juan springt in het oog. De toren geldt als de fraaiste van de stad en valt op door de verfijnde barokdecoratie van stenen en azulejo’s. Een kleine wandeling en een drankje en we zijn klaar voor het vervolg van de rit naar Sevilla.

Zonder problemen vinden we ons hotel AC Ciudad de Sevilla. Het ligt echter op 3 km van het centrum. Er stopt wel een bus vlakbij het hotel maar deze rijdt niet tot in het centrum.

Sevilla, de hoofdstad van Andalusië is een heerlijke stad om in te vertoeven. Na het inchecken gaan we dan ook direct op stap naar het centrum. Via het Parque Maria Luisa komen we bij het Plaza de Espana. Dit is één van de meest gefotografeerde gebouwen. Het plein wordt omgeven door een enorm, halfcirkelvormig gebouw, het voormalige Spaanse paviljoen. Een gracht , overspannen door een aantal bruggen met azulejo’s en een fontein vervolmaken het geheel. Tegen de zijmuren bevinden zich bankjes met tegeltableaus die elk een historisch aspect van een Spaanse provincie verbeelden. Ik vind dit prachtig.

Als we uiteindelijk bij de kathedraal aankomen, zijn we wel een beetje moe. We hebben vandaag toch alweer wat kilometers in de benen. Voorbij de kathedraal komen we in de mooie wijk Barrio Santa Cruz terecht. Het eerste het beste terras in de schaduw ploffen we ons neer en hier gaan we het eerste uur niet meer weg. De wijk Barrio Santa Cruz is een van de oudste wijken van Sevilla, een voormalige joodse buurt, later een typisch Sevillaanse volkswijk met een wirwar van steegjes en het wemelt er van de souvenirswinkels en tapasbars. In een van de vele tapasbars gaan we eten.

Woensdag 25 mei

Na een lekker ontbijt zijn we klaar voor een hele dag Sevilla. We willen vandaag oa de kathedraal en Giralda bezoeken. Net zoals bij vele monumenten in Andalusië hebben de kathedraal en het Giralda in een voorgeschiedenis van Moren. Zij bouwden in de 12de eeuw een moskee met de bijhorende minaret. De Moren zijn ondertussen vervangen door de Christenen en de moskee heeft plaatsgemaakt voor één van de grootste kathedralen van de wereld. Maar de minaret, het Giralda staat er nog steeds. Al zijn er in de 16de eeuw een klokkentoren en een windwijzer aan de top toegevoegd. De bijna 100 m hoge Giralda is het symbool van de stad. Echter als we er aankomen staat een zeer lange rij aan te schuiven. We besluiten dan eerst Real Alcazar te bezoeken. De rij is daar iets minder lang.

Het is een geheel van prachtige koninklijke paleizen en tuinen in uiteenlopende kunststijlen. Kenmerkend is wel de typische mudejararchitectuur, een bouwstijl die elementen bevat uit de Christelijke en Moorse kunst. 

De paleizen zijn gedecoreerd met azulejos, marmeren zuilen en verfijnd houtwerk vol geometrische figuren. De patio’s of binnenhoven worden omgeven door zuilengalerijen en bogen vol decoratief stukwerk. In de koninklijke tuinen van het Alcazar vind je een prachtige geheel van exotische bomen, heggen, wandelpaden, paviljoenen en vijvertjes. Geen wonder dus dat de Spaanse koninklijke familie in het Alcazar nog steeds een residentie heeft.

De koninklijke paleizen kan je betreden via de Puerta del León die leidt naar het gelijknamige Patio del León of Leeuwenhof. De vestigingsmuren aan de poort behoren tot de oudste delen van het paleis. Op de roodgekalkte muur boven de ingangspoort zie je een azulejo met daarop een gekroonde leeuw.

De klene Sala de la Justicia, we waren er eerst voorbij, werd in de 14de eeuw door Koning Alfons XI opgetrokken. Voor de decoratie werden ambachtslui uit het Nasridenrijk van Granada overgebracht. Zij maakten van de Justitiezaal een juweeltje met prachtig houtsnijwerk en verfijnde ornamenten. In het midden vind je een kleine fontein dat via een kanaaltje leidt naar de Patio del Yeso, een deel van de oude vesting.

Eens voorbij de Patio del Léon kom je aan de Patio de la Montería. Hier verzamelde vroeger het hof alvorens zij op jacht vertrokken. Op dit centrale binnenplein zie je de voortreffelijke gevel van het Palacio Mudéjar of Palacio del Rey Don Pedro.

Het hoogtepunt van een bezoek aan het Real Alcazar is het Palacio Mudéjar. Het heeft verschillende prachtige patio’s en zalen. De Patio de las Doncellas (Patio van de Jonkvrouwen) is één van de mooiste plekjes van het mudejarpaleis in het Real Alcazar. Rondom de watertuin vind je een galerij zuilen die de gekartelde bogen stutten. Op deze rijk gedecoreerde bogen vind je verfijnde voorstellingen van planten en geometrische vormen.

Donderdag 26 mei

Vandaag willen we dan eindelijk de kathedraal bezoeken. We wandelen via het Parque Maria Luisa. Het park is een echte trekpleister. Het park ligt naast de Plaza de Espana. In een groen decor van schaduwrijke wandelpaden, spuitende fonteintjes, exotische vegetatie, wuivende palmen en watervalletjes komen de Sevillanos tot rust. Bij warm weer is het zelfs de ideale plaats om een beetje verkoeling op te zoeken.

Het park kreeg zijn huidige gestalte tijdens de Ibero-Amerikaanse tentoonstelling die hier in 1929 werd gehouden. Achteraan in het park vind je de Plaza de America. Een plein vol met groen en vijvertjes en omgeven door 3 voormalige paviljoenen. Een heel mooi park. Zoals de voorbije dagen zien we ook hier veel schoolkinderen. Ik denk dat deze week heel Spanje op schoolreis is.

In het centrum aangekomen, zien we een massa volk. Was het de voorbij dagen al druk nu is het gewoon niet te doen. Het zijn precies Gentse Feesten. Op de grond ligt een mengsel van rozemarijn en andere bladeren. De geur van rozemarijn is overweldigend. Wat is hier te doen? Ook lopen de Sevillanen er heel opgekleed bij.

We willen dan de kathedraal en la Giralda bezoeken maar ongeloofelijk, de kathedraal was niet open. Spijtig maar het bezoek zal dus voor een volgende keer zijn. Deze namiddag vanaf 14:30 u kunnen we wel de Giralda bezoeken. De deuren van de kathedraal staan open en iedereen kan er naar binnen maar het is er zo druk dat we weer rap weg zijn. Alleen het eerste deel was toegankelijk. Ik krijg al hoofdpijn van de drukte en de geur van rozemarijn. Aan de zijkant van de kathedraal stromen er veel mensen naar buiten. We besluiten deze drukte te ontvluchten en gaan in de richting van de rivier.

Op een terrasje vlakbij de Torre del Oro vragen we wat er gaande is. Het is het feest van Corpus Christi. Dit is een processie die start in de kathedraal en dan langs verschillende plaatsen in Sevilla gaat. Het is tevens een feestdag voor Sevilla. Daarmee zijn dus ook de winkels niet open.

De Torre del Oro ofwel de gouden toren ligt aan de Rio Guadalquivir en is een van de resten van de Moorse verdedigingswerken. Waar hij zijn naam aan te danken heeft is niet helemaal duidelijk.

 

Verder op kom je automatisch bij Sevilla’s Plaza de Toros of Arena Real Maestranza. Dit ovalen gebouw in barokstijl heeft de typische kleuren van Sevilla: wit, rood en okergeel. Binnenin vind je de één van de mooiste en beroemdste arena’s van Spanje die plaats biedt aan 13000 liefhebbers van stierenvechten. We willen wel graag een stierengevecht bijwonen maar nu beperken we ons tot een bezoek aan de arena en het museum.

Hier komen we meer te weten over de geschiedenis van de arena en kunnen we enkele unieke stukken bezichtigen zoals een door Picasso beschilderde stierenvechterscape. Vanop de tribunes kunnen we eventjes de sfeer opsnuiven.

Na dit bezoek steken we de rivier over naar de wijk Triana. Lang vertoeven we hier niet. Terug richting kathedraal want we willen de Giralda bezoeken. We lopen door enkele mooie winkelstraten en komen op een pleintje waar duidelijk de maria verering is te zien.

We komen uit aan de zijkant van de kathedraal en zien dat er al een rij staat aan te schuiven voor het bezoek aan de Giralda. Maar het gaat vlot vooruit. Er is aangepaste prijs omdat enkel de Giralda te bezoeken is. Ze vertellen ons ook dat we morgen de kathedraal ook met een aangepaste prijs kunnen bezoeken.

Opvallend is dat er geen trap is, maar een hellend pad dat de toren 35x rondgaat. Dit zou zijn omdat de muezzin (de islamitische geestelijke die oproept tot gebed) dan vroeger te paard naar boven kon om de klokken te luiden. Boven heb je zicht op de 25 klokken van de Giralda, maar bovenal heb je een prachtig uitzicht over de stad Sevilla. Ook is van hier nog eens goed te zien hoe enorm de kathedraal is en is de sinaasappelhof te zien, die normaal de ingang van de kerk is, maar voor ons de uitgang zal zijn.

Ook deze avond lekkere tapas gegeten. Ons bezoek aan Sevilla is ook alweer gepasseerd. De tijd vliegt!

Vrijdag 27 mei

We laten Sevilla achter ons en rijden naar Jerez de la Frontera. Het is maar goed 100 km rijden. Jerez is de Spaanse naam voor sherry en sherry is wat Jerez beroemd heeft gemaakt: het is een stad van grote bodega’s en sherry-baronnen. Naast de sherry is de stad ook bekend om de paardendressuur die tijdens speciale shows te bewonderen is.

We zijn vrij vroeg en rijden daarom eerst naar het centrum. Een bodega bezoeken staat als eerste op ons lijstje. We kiezen voor de oudste bodega: Fundador, opgericht door Pedro Domecq. Er is een rondleiding om 14 uur. Er zijn nog 2 andere koppels. We krijgen eerst een rondleiding en eindigen dan met het proeven van 2 sherry’ en 1 brandy. Hierbij krijgen we een schoteltje jamon Iberico. Allez krijgen, je moet er wel extra voor betalen. Koen proeft de brandy puur en ik als mojito. Best wel lekker. We kopener dan ook een fles van.

We dwalen hierna nog eventjes door het centrum van Jerez. Je hebt er de Alcazar, de Moorse burcht uit de 12de eeuw, een mooi pleintje omgeven door jacarandabomen en vlak hierbij heb je ook de kathedraal.

Na een terrasje rijden we naar ons hotel Exe Guadalete. Het ligt niet ver van het centrum. Nog eventjes uitrusten, een douche en we zijn klaar om te gaan eten. We wandelen naar het centrum en drinken eerst een aperitiefje. Ik drink een sherry, een fino. Hm lekker. Op de meeste plaatsen krijg je bij een drankje, ook een schaaltje olijven.

Zaterdag 28 mei

Ze hebben voor vandaag regen voorspeld. Jammer want er staat een mooie bergrit langs de pueblos blancos op het programma. Bij het opstaan was het nog zonnig maar de donkere wolken komen al aangedreven.

Onze eerste halte is vrij vlug. Arcos de la Frontera is een van de mooiste stadjes van Spanje.

Het complete middeleeuwse centrum is uitgeroepen tot historisch monument. Alleen al de ligging van het stadje is mooi, 100 m boven een riviertje, de Rio Guadelete, op een platteau van steile hellingen. Autoverkeer is in het oude centrum met wirwar van straatjes en steegjes nauwelijks mogelijk. Parkeren doe je het best in de ondergrondse parking.

In dit hoogste gedeelte van het dorp vindt je een rijkdom aan herenhuizen, gewelfde bogen en poorten, kerken en torens. Aan de witte muren van de huizen hangen fleurige bloempotten en sierlijke lantaarns; ramen en balcons zijn afgezet met smeedijzeren tralies en balustrades. Op de pleintjes vind je terrassen, tapasbars, restaurantjes en winkeltjes. En zoals je mag verwachten zijn er bovenin het dorp diverse uitkijkpunten, die een imponerende blik over het heuvelachtige landschap bieden. We blijven niet lang treuzelen want het weer wordt steeds slechter.

Arcos de la Frontera is ook gekend als het startpunt van de Ruta del Pueblos Blancos. Onze route loopt door het hart van het pueblos blancosgebied en door het natuurgebied Grazalema. Dit is een van de mooiste routes, maar tevens ook de drukste en meest toeristische. Alhoewel dit nu zeer goed mee valt. Het is zeer mooi tussen Ubrique en El Bosque, en tussen Grazalema en Zahara de la Sierra.

We willen een foto nemen van de mooie vergezichten maar bibberen in onze korte short. Het is ondertussen ook beginnen te regenen en is het nog amper 13°. Bibber bibber.

De meest bezochte en grootste witte dorpen zijn Grazalema en Ubrique. Wij stoppen in Grazalema. Allez stoppen we of niet? We twijfelen omdat het regent maar dan laat opeens de zon zich toch eventjes zien zodat we besluiten alsnog te stoppen. Het is een vrij compact maar mooi dorpje. Het dorpje leeft vooral van het toerisme in de zomermaanden want in de wintermaanden is het door de sneeuw soms moeilijk bereikbaar. Na deze korte pauze rijden we in de gietende regen verder richting Ronda. Ronda ligt ongeveer 50 km van de kust en is omringd door bergen.

Ronda is een van de meest bezochte steden van Andalusië. Dit is vooral door de indrukwekkende ligging op de rand van een plateau. Dwars door dat platteau heeft de rivier Rio Guadelevin een diepe kloof uitgesneden. Hier komen jaarlijks miljoenen bezoekers op af.

We parkeren ons vlakbij het centrum op een parking. Het blijft eventjes droog maar dan begint het terug te gieten. We schuilen eventjes voor de ergste regen maar gaan dan toch verder. Het is jammer want Ronda is echt wel mooi.

De stad wordt door de spectaculaire kloof in tweeën gedeeld. Aan de zuidkant ligt La Ciudad, de oude stadskern met smalle straatjes, een paar pleintjes en de meeste monumenten. Drie bruggen, waaronder de Puente Nuevo zorgen voor een verbinding met de jongere wijken aan de noordzijde. Het uitzicht vanop de brug is ondanks de regen spectaculair. We drinken een koffie om eventjes op te warmen. Vanwaar we zitten hebben we een mooi uitzicht op het nieuwere deel van de stad en de rotswanden daaronder. Je kan er ook naar beneden wandelen. Er is nog veel te beleven in Ronda maar we hebben geen jas of paraplu bij en kiezen er dan maar voor om verder te rijden. We komen hier ook nog zeker terug.

Stilletjes aan beginnen we te dalen en stijgen de temperaturen. Onderweg hebben we prachtige uitzichten en zien we de zee al liggen. Onze eindhalte is Estepona aan de Costa del Sol. Dit stuk tussen Malaga en Gibraltar wordt ook wel Costa del Golf genoemd.

We zijn er bijna. Het heeft hier ook geregend maar het is er toch een pak warmer dan in de bergen: 23°. De gps stuurt ons door het centrum van Estepona. En dit is een probleem. De straten zijn afgezet door de politie. Wat een ellende. De gps stuurt ons altijd naar hetzelfde punt, de politie maakt ons ook niet wijzer. Engels spreken doen ze niet. Ze wijzen naar ons hotel: het ligt ginder, maar ge moogt er niet door met de auto! Dan maar te voet: 3 km stappen met onze handbagage! We zien de oorzaak van alle ellende: een koers. Daarvoor wordt dan heel de zeedijk afgezet terwijl er amper volk staat te kijken. Ik dacht dat dergelijke miserie alleen bij ons bestond :). Maar allei we vinden ons hotel H10 Estepona, checken in, maar we willen toch de auto met onze bagage niet achterlaten op een parking. We keren terug, stellen de gps nog eens opnieuw in. Dit helpt in eerste instantie niet veel maar dan volgen we enkele auto’s door een straat met eenrichtingsverkeer, langs de verkeerde kant. De gps herberekent direct en 5 minuten later staan we aan het hotel. Eind goed al goed. Nu kunnen we onze kamer eens wat beter bekijken. Fantastisch! Een van de mooiste kamers die we al gehad hebben. Zeer ruim met een klein salonnetje, een mooi balkon met zeezicht, en in de verte zien we Gibraltar liggen. Een deugddoende douche en we kunnen gaan aperitieven en eten. Zalig!

Zondag 29 mei tem woensdag 1 juni

Deze dagen zijn echte luilekkerdagen. Eten, drinken, lezen en zalig niets doen. Zondag = rustdag, vatten we heel letterlijk op. Maandagnamiddag hebben we toch al zin in een beetje beweging en wandelen we tot in het jachthaventje. Veel is er niet te zien. Op dinsdag wandelen we tot in het oude centrum. Het is een aangename wandeling. Van het jachthaventje tot in het centrum is het zo ongeveer anderhalve kilometer. De lange stranden, de boulevard en het oude centrum zijn zeer mooi. Vooral de oude dorpskern met zijn leuke pleintjes en straatjes kan ons bekoren. Op woensdag doen we deze wandeling nog eens over.

Donderdag 2 juni

Het is alweer de laatste dag van onze vakantie. Na het ontbijt checken we uit en rijden richting Malaga Airport. Onze vlucht is pas om 15:20 u dus we hebben nog wel eventjes tijd en rijden naar Mijas. Mijas is een pueblo blanco, een wit dorp, 8 km uit de kust op de beboste hellingen van de Sierra de Mijas. De prachtige ligging, witte huisjes, het labyrint van straatjes maakt Mijas heel populair. Vanuit het dorpje heb je schitterend uitzicht over dal en zee.

Jammer genoeg is het centrum van Mijas momenteel een bouwwerf. Nog een laatste drankje en we zetten koers naar de luchthaven. Een beetje stress voor het inleveren van de wagen maar dat was nergens voor nodig. Het staat goed aangeduid. Ook de controle van de wagen verloopt zonder problemen.

Het was een schitterende reis. Ik was zoveel jaren geleden al gevallen voor Andalusië en dit was nu voor Koen niet anders. Na een halve dag was hij al helemaal in de ban van deze prachtige streek. Fascinerende gebouwen, lekker eten, goede hotels, mooie natuur! Er valt hier nog veel moois te ontdekken!