GRIEKENLAND

KRETA

18 juli 2011


Met een schitterend voorjaar was het voor mij zeker dat het ook een schitterende zomer zou worden. Gentse feesten, barbecue, enkele dagen Normandië, een paar dagen Oostende. Maar ik kom bedrogen uit. Hoe dichter het verlof komt, hoe slechter het weer wordt. De vooruitzichten zijn 17° tot 20° en regen. Dit is niet mijn idee van verlof in de zomer.

Wat gaan we doen? Naar Normandië of naar de zon. Alles eens goed uitgepluist voor Frankrijk en dan valt mijn oog op een lastminute naar Kreta, naar Agios Nikolaos, in het noordoosten, de streek die we nog niet gezien hebben. De keuze is rap gemaakt.

Een week voor we in verlof gaan, hebben we een mooi vooruitzicht, we gaan opnieuw naar Kreta.

18 juli

Joepi, vandaag kunnen we eindelijk het slechte Belgische weer achter ons laten, voor een weekje maar het is toch dat. We hebben voor de eerste maal een All-inclusive geboekt. Benieuwd wat dit gaat geven. Een drankje bij het zwembad, een aperitiefje, wijn bij het eten is nu inbegrepen en dit zijn anders zaken die de prijs wel de hoogte injagen.

Het is een nachtvlucht, we stijgen op om 19:50 u, om 23:45 u (plaatselijke tijd) zijn we in Iraklion en om 01:20 in Agios Nikolaos, in hotel Iberostar Hermes. De kamer valt wel wat tegen. Ze is wel proper maar fel verouderd. In gans de kamer inclusief badkamer is er slechts 1 stopcontact.

Ondanks het late uur willen we toch nog eens naar buiten voor een drankje, we hebben dorst. In de koelkast vinden we een koude schotel, sla met een hard gekookt ei. Daar hebben we geen goesting naar.

We hebben goed geslapen en zijn nu zeer benieuwd naar het ontbijt. Dat is in ieder geval super. Voldoende keuze en steeds goed aangevuld en iedere dag worden er wafeltjes gebakken. Hm lekker.

Na het ontbijt gaan we de omgeving verkennen. We zitten op slechts 500m van het centrum. Het is een populaire plaats en dus druk. Het leven lijkt zich te concentreren rondom de 2 havens. De ene is groot, er komen zelfs cruiseschepen. De andere is voor kleine vissersbootjes. Het is gelegen aan een klein meertje dat met de grote haven verbonden is door een kanaal. Het Voulisméni-meer wordt ook wel Bodemloze Meer genoemd.

Dit is overdreven maar het meer loopt steil naar beneden vanaf de kanten en is ongeveer 64 m diep. Zowel de haven als het meer zijn omrand met vele bars, cafés, restaurants en souvenirwinkels. Aan alle terrasjes proberen ze je te lokken. We kiezen er eentje uit en verschieten van de prijzen. Is Kreta op 2 jaar tijd zoveel duurder geworden of ligt dit aan Agios Nikolaos?

We wandelen rond Agios Nikolaos langs de zeekant. Langs de andere kant zien we een jachthaven en enkele stranden.

Terug in het hotel installeren we ons aan het zwembad. Het is wel eventjes zoeken naar een plek in de schaduw. Zetels genoeg maar geen parasols. Uiteindelijk vinden we een plekje. De rest van de dag is het luieren. Dit kan eens deugd doen. ’s Avonds worden we nog verwend met een griekse avond. Eten, muziek en dans. Leuk begin van onze vakantie.

20 juli

Na het ontbijt bezoeken we de plaatselijke markt. Deze bevindt zich niet ver achter ons hotel. Via de markt komen we dan terug uit aan het meer waar we dan genieten op een terrasje. Vlak voor ons probeert een vrouwtje haar tafelkleden te verkopen. Evenwel zonder veel succes. Terug in het hotel maken we er nog een luie dag van.

21 juli

De bedoeling was een auto te huren voor 3 dagen. We hebben op voorhand niets vastgelegd en komen daardoor natuurlijk voor het feit te staan dat er geen kleine auto vrij is. Maar morgen wel . Ok, geen probleem. We reserveren de auto voor morgen en nemen vandaag het openbaar vervoer naar Elounda. Dit dorpje ligt op slechts 7 km ten noorden van Agios Nikolaos. De lange hoofdstraat door het dorp heen leidt naar een groot plein bij de haven. Het is omringd met cafés en restaurants.

In Elounda is de BBC-serie ‘Wie betaalt de veerman?’ opgenomen. Deze serie kwam in 1978 op de Nederlandse televisie. Ik heb de herhaling van deze serie gezien en vond het heel mooi.

Vanuit Elounda willen we ook Spinalonga, dat beter bekendstaat als ‘het eiland van de melaatsen’, bezoeken. Om het half uur vertrekken er bootjes naar daar. We betalen 10 euro pp voor een retourtje en op het eiland nog eens 2 euro pp. Koen was hier enkele jaren geleden al geweest en was eerst niet geïnteresseerd. Maar ik ben toch wel blij dat we dit gezien hebben.

Zo klein als het is, zo groots en meeslepend is zijn lange geschiedenis. Toen de Turkse dreiging in de 16e eeuw steeds groter werd, hebben de Venetianen hier een machtige vesting gebouwd. Pas in 1715 namen de Turken deze vesting over en in 1903 moesten zij weer vertrekken. Vanaf die tijd werd het ingericht als leprozenkolonie. Op bepaalde ogenblikken waren ze met 300-400. Ze vormden een gemeenschap waar alle beroepen bestonden die je ook in om het even welk ander Grieks dorp tegenkwam. In 1957 werd de leprozen kolonie opgeheven en vervielen de gebouwen snel, zodat deze plek een melancholische indruk maakt.

Op een uurtje zijn we rond gewandeld en juist op tijd om de boot terug naar Elounda te nemen.

Langs de kust, vlak aan het water, liggen verschillende restaurantjes. Eentje noemt de Ferryman en zoals ik al vermoedde werd hier de reeks ‘Wie betaalt de veerman’ opgenomen. Met het risico van bedrogen uit te komen, willen we hier toch eten. Het decor is te uitnodigend. En we komen niet bedrogen uit, het eten is niet goedkoop maar erg lekker.

We wandelen daarna nog eventjes verder langs de kust tot aan de dam naar het schiereiland. Hier liggen ook enkele Venitiaanse zoutpannen.

Met de bus terug naar Agios Nikolaos waar we voor ons hotel afgezet worden. Tijd voor een frisse duik in het zwembad. Na het eten nog eventjes naar het centrum. Een mooie afsluiter van een mooie dag.

22 juli

Deze morgen gaan we de wagen afhalen, het is een kleine chevrolet. Na de nodige formaliteiten kunnen we aan onze rit beginnen. We hebben gekozen voor een autorit, de Lassithi-hoogvlakte, uit onze gids: ‘Wat en Hoe’ Kreta. De rit start in Néapoli. We nemen niet de autostrade maar The Old Road. Zoals ook 2 jaar geleden duurt het eventjes voor de de juiste richting gevonden hebben. Hier en daar vergeten ze wel een wegwijzer te zetten.

Eens we Agios Nikolaos verlaten hebben, is het of we in een andere wereld terechtkomen. We genieten van het landschap. Het dorpje Néapoli vormt de toegang tot de windmolens en de tijdloze boerendorpjes van de Lassithi hoogvlakte. Volgens de reisgids is de route goed aangegeven. Ik ben benieuwd.

De weg kronkelt zich snel naar boven door olijfboomgaarden en we hebben een prachtig uitzicht over het Seléna-gebergte.

Onze tank was maar voor een kwart gevuld toen we aan de rit begonnen. We hebben niet getankt en nu komen we natuurlijk geen tankstation tegen. Ik zag mezelf al de auto voortduwen. Bij het binnenrijden van Zenia zien we een klein groepje huizen bedekt met wijnranken. Het zijn eigenlijk winkeltjes. Vroeger woonde er een een houtbewerker die, gezeten voor zijn huis, lepels maakte. Nu is het zijn kleinzoon die de winkeltjes openhoudt. We drinken er iets en ze proberen ons van alles te verkopen. Er zijn maar een paar toeristen die er stoppen en iets drinken. We vragen ons af hoe die mensen hier kunnen van leven.

We vragen naar een tankstation en 15 km op de Lassithi-hoogvlakte zijn er verschillende. Oef toch niet duwen. En inderdaad, ik had mij geen zorgen moeten maken. Na enkele minuten rijden, komen we er al een tegen. Het is bij ons niet goedkoop en hier is het nog een pak duurder.

We rijden door kleine dorpjes en zien een vrouwtje die appels, honing en raki probeert te verkopen. Ik wil stoppen maar Koen zegt, we komen er nog tegen. Niet dus hé.

Hier en daar zien we al een windmolen verschijnen. In het laatste dorpje voor de Dikti-grot, Psychro, houden we nog een kleine drank- en plaspauze. Ik zie er een oud vrouwtje voor haar huis zitten maar zodra ze ziet dat ik een foto wil nemen, gaat ze er vandoor. Ik heb er toch ene kunnen nemen, maar geen close-up.

Aan de Dikti-grot zijn er vrij veel toeristen. Allez, ik druk mij niet goed uit. Het krioelt er van de Russen. Voor we aan de ingang van de grot komen, wacht ons een ferme klim. De 350m hoge klim is glibberig en rotsachtig. Je kunt ook op de rug van een ezel naar boven. De klim alleen al is de moeite waard wegens het uitzicht op het plateau.

In de grot zelf is het heerlijk fris, het doet deugd na de klim naar boven, maar het is niet bijzonder. Volgens de legende zou Rhea, de vrouw van Kronos, zich in deze grot verstopt hebben om er Zeus te baren, want Kronos had de ziekelijke gewoonte zijn kinderen op te eten. De afdaling naar beneden is zo mogelijk nog lastiger dan naar boven. Je moet steeds oppassen om niet uit te glijden op de gladde rotsen.

We rijden verder tot in Tzermiado waar we iets eten. Je vind hier verschillende winkeltjes waar je borduurwerk en geweven stoffen kunt kopen. Ook hier vraag ik mij af hoe deze mensen hier kunnen overleven. In de winkeltjes is geen volk te zien.

In het restaurant waar we eten, worden we opnieuw een beetje ‘uitgelachen’. Als ze horen dat we van België zijn, krijgen we steeds te horen: ah hoe zit het met jullie regering? :). Dat is nu inderdaad wel om te lachen.

Het volgende dorpje waar een pauze nemen is Krasi. Hier zien we een enorme plataan met vlakbij een bron waar de dorpbewoners hun waterflessen vullen. Terug op de hoofdweg volgen we de weg naar Malia. De weg is bochtig maar het landschap is indrukwekkend. Volgens de reisgids is de Het paleis van Malia een mooie plek om onze autorit af te sluiten. Maar we staan er helaas voor niets. 

De openingsuren zijn van 8:30 u tot 15:00 u. Jammer. We rijden dan terug naar Agios Nikolaos waar we rond 18:00 u in ons hotel aankomen. Ik ben toch wel blij dat we in ons hotel zijn zodat ik even kan liggen. Twee dagen voor mijn verlof zijn mijn rugproblemen terug begonnen. Van een slechte timing gesproken.

Een beetje rust, een verkwikkende douche en we kunnen er weer tegen.

23 juli

Vandaag willen we het noordoosten van Kreta verder verkennen. De bedoeling is tot aan het palmenstrand van Vai te rijden. De route ernaartoe loopt door enkele van de mooiste landschappen van Kreta. De nationale snelweg transformeert zich tot een klifweg door de bergen. Af en toe heb je een formidabel uitzicht op de zee. 

We rijden eerst naar Mochlos, een aardig vissersdorpje halfweg tussen Agios Nikolaos en Sitia, op 5 km van de hoofdweg. Het is een smal kronkelbaantje. Best dat je hier niet veel tegenliggers hebt. Het is een charmant dorpje, een afgelegen plek waar je verzekerd bent van rust en kalmte. Tegenover de haven en het kleine strand ligt een schattig verlaten eilandje met een archeologische vindplaats uit het minoïsche tijdperk. Het is de helft goedkoper om hier iets te drinken dan in Agios Nikolaos.

Via alweer een smal baantje rijden we richting Sfaka en komen zo terug op de hoofdweg naar Sitia. Onderweg stoppen we nog eens om een foto te trekken van het prachtige panorama.

Rond de middag komen we aan in Sitia. Het is een kleine badplaats met minder charme dan Agios Nikolaos en ook minder druk. Deze op 4 na grootste stad van Kreta ligt aan de westkant van de baai van Sitia. De huizen rijzen vanaf de waterkant op langs de heuvels. Langs de haven ligt een boulevard, overschaduwd door palmen en geflankeerd door taveernes. Zoals in de vele steden heb je ook hier een Archeologisch museum en een Folkoremuseum. In de binnenstad is het aangenaam wandelen. Via de trappen die naar de Odos Arkadiou leiden, kun je naar het oude Venitiaanse fort klimmen. Eten doen we in Taverne Kastro langs de boulevard. Volgens trotter een gezellig adresje met meer dan 20 jaar ervaring. Zeer lekker.

Vanuit Sitia is het nog zo’n 21 km rijden naar Moni Toplou. Dit is een versterkt klooster, zoals je kunt merken aan de zware ommuringen en aan het kanon waaraan het zijn naam dankt (top is Turks voor ‘kanonskogel’). De muren verbergen een fraaie architectuur en een elegante patio met een booggalerij. Het gehele kloostercomplex is prachtig gerestaureerd, de monniken zitten er immers warmpjes bij (ze bezitten bijna alle omliggende gronden tot aan Vai. Ik vond het klooster van Arkadi eigenlijk indrukwekkender.

Van hieruit is het niet zo ver meer rijden naar het strand van Vai. Dit is vooral bekend door zijn palmbomen. De Phoenix theophrasti hier is uniek voor Oost-Kreta. Het zijn de laatste exemplaren van deze palmsoort die eerder wijdverbreid was. Je moet hier wel 4 euro betalen voor de parking en dat wil Koen er niet aan geven. Dus even een foto uit de verte en we zijn terug weg. 8 km verder ligt het dorp Palaikastro. Er is hier niet veel te beleven. Na een drankje rijden we terug naar Agios Nikolaos. Het is nog een eindje rijden en met mijn pijnlijke rug wil ik het niet te laat maken. Kort voor 19u komen we terug in het hotel. We hebben mooie dingen gezien maar ik vond het net allemaal iets minder mooi dan hetgeen we 2 jaar geleden hebben bezocht.

24 juli

De tijd vliegt voorbij. Het is vandaag alweer de laatste dag dat we een auto gehuurd hebben. Onze eerste halte is Gournia. Het is het grootste dorp dat tot nu toe is opgegraven en de goed bewaard gebleven ruïnes bieden een fascinerend inzicht in het leven van alledag in het Minoïsche tijdperk. Ze zijn trouwens nog steeds bezig met opgravingen. De ligging is niet spectaculair maar het is zeker wel een bezoekje waard. Je hebt er ook een prachtig uitzicht op de zee en de velden met olijfbomen.

We steken het eiland door naar de zuidoostkust, naar Ierapetra. Deze badplaats ligt 36 km ten zuiden van Agios Nikolaos. Ierapetra is de meest zuidelijk gelegen stad van Europa. De grootste inkomsten zijn hier niet van het toerisme afkomstig maar van de regionale boeren die het hele jaar door enorme hoeveelheden tomaten, komkommers en paprika’s verbouwen in plastic kassen langs de kust. Veel valt er in Ierapetra niet te beleven. Langs de hele lengte van de strandboulevard staan de cafés en tavernes schouder aan schouder. Maar toch zie je hier niet veel volk. De toeristen komen vooral om te genieten van het eiland Chryssi, zo’n 13 km verder naar het zuiden. We maken toch een kleine wandeling tot aan het Venitiaans fort. Vlakbij liggen de klokkentoren en de koepels van een 14e-eeuwse kerk. In de kronkelige laantjes achter de boulevard vind je ook het ‘huis van Napoleon’. Niets buitengewoons, geen gedenkplaat en geen enkele aanduiding. Er woont niemand. Er wordt beweerd dat Napoleon hier een nacht doorbracht op de terugreis van zijn Egyptische veldtocht.

Na een kleine verfrissing rijden we door naar Myrtos. Dit dorp ligt 13 km ten westen van Ierapetra. Onderweg passeren we de vele plastic kassen. Mirtos is een charmant dorpje. We willen hier iets eten. De terrasjes langs het water zijn uitnodigend. We genieten er van het uitzicht maar het eten valt tegen.

We rijden terug richting Agios Nikolaos. Ten zuidwesten van Agios Nikolaos ligt Kritsa. Het is een groot dorp tegen de flank van een berg boven de zee. Voor de vele souvenirwinkeltjes zitten de vrouwen te handwerken terwijl ze de toeristen in de gaten houden. Van als je wat dichter bij komt, springen ze recht en proberen ze hun waren te verkopen. Elke voorgevel is praktisch volledig bedekt met borduurwerk, tafelkleden, stoffen en ander linnengoed. Veel toeristen zie je hier echter niet en je vraagt je alweer af hoe de mensen hiervan kunnen leven.

Op een klein terrasje drinken we iets en de eigenaar blijkt een Nederlander te zijn. Hij heeft hier zijn vrouw leren kennen en woont nu reeds 9 jaar op Kreta. Hij vertelt dat het inderdaad moeilijk wordt om het hoofd boven water te houden. Hij heeft zijn kok reeds moeten ontslaan. Er komen wel meer toeristen naar Kreta maar zij komen niet meer naar de dorpen. De grote schuldige volgens hem zijn de All-Inclusive hotels. De toeristen komen niet meer buiten het hotel. Ons natuurlijk niet meegeteld.

Een paar kilometer verder ligt de archeologische vindplaats Lato. Het dateert van de Dorische periode. Het is de moeite waard deze plek te bezoeken, niet alleen vanwege de kronkelige route door de vallei maar ook voor het mooie uitzicht over de vallei bij aankomst. Zo staat dit in de reisgids. Er staat eveneens dat het maar tot 15u open is en dat het 2 euro entree is. Helaas is het al later. We zien echter dat het poortje open staat en lopen toch eens naar binnen. We kijken naar de gebouwen, oa de loketten en het ziet er eigenlijk vrij verlaten uit. We weten niet goed wat we hiervan moeten denken en gaan toch maar niet verder het domein op. De opgravingen en het mooie uitzicht hebben we dus niet gezien.

Op de terugweg stoppen we nog bij ‘Panagia Kera’. Het is een klein kerkje, gewijd aan Maria, en zou één van de mooiste kerken van Kreta zijn. De 18de-eeuwse kerk staat in een mooie omgeving en is omringd door hoge cipressen. Ook hier staan we voor een gesloten deur. Naast de kerk staan kramen waar iconen en andere souvenirs te koop zijn.

Om 19u zijn we terug in Agios Nikolaos en leveren we onze auto in. ’s Avonds na het eten gaan we naar het centrum een ijsje eten bij Dodoni. Volgens ‘Trotter’ is het lekker ijs en je hebt keuze uit 48 smaken. Ook allerlei soorten koffie en gebak. Het ijs is inderdaad lekker en het is heerlijk zitten op het terras met zicht op het meer. Morgenavond kom ik terug :).

25 juli – 26 juli

Vandaag is het reeds onze laatste dag en het zal een lange dag worden want we stijgen pas na middernacht op. Om 12u moeten onze valiezen beneden zijn. Na het ontbijt hebben we nog tijd en gaan we naar het zwembad. Het is drukker dan in het begin van ons verlof, we hebben al geen plaats meer in de schaduw en het is nog geen half 10. Er is nog niet veel volk te zien maar al veel ligzetels zijn bedekt met een handdoek.

Mooi op tijd zetten we onze bagage in de hall. We informeren hoe het zit met het eten en de kamer om ons de douchen. Ah krijgen we te horen, all-inclusive loopt van 12u eerste dag tot 12u laatste dag. Dat je pas de eerste dag na middernacht aankomt, dat trekken ze zich niet aan. Maar allez ons armbandje van all-inclusive doen ze niet af en ’s middags eten was ook geen probleem. We hebben er ons niets van aangetrokken en zijn in de namiddag ook drankjes gaan halen aan de bar.

Vanaf 17u was een kamer beschikbaar om te douchen. We zijn echter niet te enigen die willen douchen en moeten eventjes wachten. Dit kan wel beter georganiseerd worden, denk ik.

’s Avonds willen we nog een aperitiefje drinken in het hotel maar ons geluk is op. Ze hebben geen enkele keer naar ons kamernummer gevraagd en nu doen ze het wel. Betalen dus, pech! Bij een ander koppel lukte het wel en zij hebben zelfs nog gegeten in het hotel. Wij hebben dit niet gedurfd en zijn in het stadje gaan eten met als afsluiter een lekker ijsje.

Om 22:30 u worden we opgehaald in het hotel. Alles gaat vlot en om 03:25u zijn we terug in het natte België. We wachten op de eerste trein naar Wetteren maar dat is toch wel vermoeiend.